U bent hier
Leuvense toepassing van REMI krijgt een onvoldoende van N-VA
Het OCMW van Leuven gebruikt de REMI-tool sinds december 2023. In een eerste fase bij de doelgroep van mensen met een leefloon en equivalent leefloon. Recent evalueerde het OCMW deze eerste fase en op de gemeenteraad van 24 juni worden er een aantal aanpassingen voorgesteld.
Gemeenteraadslid Karen Van Herck: “Zoals gevreesd zien we dat de toepassing van REMI in Leuven leidt tot een leefloonval. In de effectieve toepassing liggen de bedragen van aanvullende ondersteuning in sommige dossiers erg hoog. In 48 van de 258 lopende toekenningen ontvangen de cliënten meer dan 500€ per maand extra, bovenop hun leefloon. De maatschappelijk werkers zijn net als wij bezorgd dat hierdoor de activering naar werk veel moeilijker wordt.
In de voorgestelde aanpassingen zullen de bedragen worden afgetopt tot het bedrag van het leefloon van samenwonenden, 858,97€ per maand. Mensen die een leefloon categorie samenwonenden ontvangen, worden uitgesloten van REMI. Is dit voldoende? Daar zijn we niet zo zeker van. Werken moet altijd meer lonen dan niet-werken en ook het gebruik van de REMI-tool moet hierop zijn afgestemd.
Het onderzoek van de dossiers loopt minder snel dan gehoopt. Na 6 maanden is 24% van de dossiers van fase 1, 325 van de in totaal 1.354 dossiers in de doelgroep leefloon en equivalent leefloon, onderzocht. Het doel dat het OCMW zich stelt, is om de resterende 76% te gaan behandelen in evenveel tijd, in de tweede helft van 2024. Het is totaal onrealistisch om drie maal zo veel dossiers te gaan verwerken in dezelfde tijd, bovenop de opvolging van de reeds lopende dossiers. Hier kiest het OCMW duidelijk voor kwantiteit boven kwaliteit, maar zo help je mensen niet structureel uit de vicieuze cirkel van de armoede.”
Erwin Verbeken, lid van het Bijzonder Comité vult aan: “Bovendien geven de maatschappelijk werkers aan dat ze nu al niet genoeg tijd hebben om de cliënten de ondersteuning te bieden die ze nodig hebben, bv. op het vlak van budgetbegeleiding. Het is niet voldoende om hun inkomsten en kosten door een rekentool te halen en hen geld te geven. Deze cliënten hebben ondersteuning nodig om met de gewonnen financiële en mentale ruimte ook effectief stappen te kunnen zetten voor persoonlijke en professionele groei. Maar daar is nu al amper ruimte voor, en met de enorme werkdruk die voor de rest van het jaar wordt opgelegd, komt daar geen verbetering in.
Ik maak me daarbij niet alleen zorgen om de cliënten, maar ook om de medewerkers. De maatschappelijk werkers hebben een belastende job en geven zelf aan dat ze nu al geen ruimte hebben voor kwalitatieve opvolging van de cliënten. Een verdriedubbeling van de werkdruk is het laatste wat de stad als werkgever moet doen. We moeten luisteren naar de bezorgdheden en noden van onze medewerkers en hen de tijd en middelen geven om hun job goed te kunnen doen. Welzijn op het werk is ook een opdracht van de stad en het OCMW.”
Contacteer:
- Karen Van Herck, gemeenteraadslid N-VA en plaats 8 op de lijst voor de verkiezingen, karen.vanherck [at] n-va.be - 0497 77 63 38
- Erwin Verbeken, Lid van het Bijzonder Comité van de Sociale Dienst en plaats 12 op de lijst voor de verkiezingen, erwin.verbeken [at] n-va.be - 0496 35 34 16